top of page

Het spierweefsel

Het is vroeg in de ochtend, een koude lentenacht is gepasseerd en de zon komt langzaam op aan de horizon. Mist is neergedaald op het weiland, de slootjes zijn nog nét niet bevroren. In de verte kraait een haan. Gelukkig valt het in de stal nog wel mee met de kou. In de stal staat een tiental koeien, een van de koeien is Dora. Vandaag is voor haar een grote dag, zij is uitverkoren om het begin te markeren van een nieuw product: kweekvlees.

 

Plotseling gaat de schuurdeur open, drie mannen stappen naar binnen. De koeien herkennen hun boer en veearts, maar de andere man, die een grote canvas tas bij zich heeft, is voor hen niet bekend. Rustig lopen de heren richting Dora terwijl ze praten over de kou buiten. Eenmaal bij de roodbonte dame aangekomen zet de onbekende man zijn tas op de grond. Hij geeft Dora een aai over de kop terwijl de veearts zijn eigen dokterstas openmaakt. Hij haalt een naald tevoorschijn, de boer lijkt verrast door het formaat. “Dit is voor de verdoving, ze zal zo niets van de procedure voelen”, stelt de arts. Hij loopt naar de achterzijde van het dier, een aait met de vlakke hand over de heup van de koe. Zonder aarzelen prikt hij de koe en stuwt de verdovende vloeistof in de gespierde Dora. “Een klein kwartiertje en dan kunnen we verder. Is er al koffie?”, stelt de veearts. Het drietal verlaat te stal zonder verder nog wat te zeggen.

 

In de boerderij wordt er gepraat over de procedure. De boer weet nog niet helemaal hoe het nu zit. “Hoe werkt dat nu dan precies, meneer Veenstra, dat kweekvlees?” Voor het eerst trekt de mysterieuze man zijn mond open. “Straks, als de verdoving goed is ingewerkt, neem ik een stukje spierweefsel af bij uw koe. Dat gaat mee naar het laboratorium en met speciale technieken maken wij er dan vlees van. Je zou het een beetje kunnen vergelijken met klonen – niet met een heel dier, maar met een stukje.”

 

Het kwartier verstrijkt en de drie heren keren terug naar de stal. De canvas tas wordt opengemaakt en daar komt een nóg grotere, dikkere naald uit dan die van de veearts. Het blijkt een biopsienaald. Veenstra loopt naar het verdoofde deel van Dora’s heup en steekt de naald langzaam maar zeker in het heupvlees. De koe maakt een geluid, een beetje te vergelijken met dat van een grommende hond. “Geloof me” zegt Veenstra, “als ze niet verdoofd was geweest had ze mij nu al tegen de grond gewerkt”. De spuit loopt vol met een roodkleurige materie. Als de naald eenmaal weer verwijderd is uit de zij van Dora haalt de de veearts een reageerbuis uit de canvas tas voor Veenstra. De rode vloeistof wordt overgebracht in het glazen buisje en luchtdicht afgesloten met een dopje. De boer wordt vriendelijk bedankt en hun wegen gaan uiteen.

 

Laboratorium

Een paar uur later komt het reageerbuisje aan in het steriele laboratorium. Er lopen een paar mensen in witte jassen, mondkapjes voor en haarnetjes strak omgebonden. Een dame met een stoïcijnse blik pakt het buisje, samen met een aantal anderen, uit het rekje waar ze zijn opgesteld. Elk krijgen ze een eigen petrischaaltje. Daar staan ze dan: vijftien identieke schaaltjes met een rode vloeistof. De dame in het wit pakt een tweetal potjes. Op de etiketten staat ‘serum’ en ‘voeding’. Met een naald wordt er voorzichtig vloeistof uit het eerste potje gehaald en toegevoegd aan alle petrischaaltjes. De voeding-vloeistof volgt. “Deze zijn klaar – zet jij ze in de reactor, Karen?”, vraagt de stoïcijnse vrouw aan een van de anderen terwijl ze de dekseltjes aanbrengt op de petrischaaltjes.

Karen komt aangelopen en neemt de petrischaaltjes aan en houdt ze stevig vast in haar handen. Ze loopt snel naar de zogenaamde reactor, waar de vloeistoffen in de schaaltjes aan hun groeispurt kunnen beginnen. In de reactor is het warm en de spiercellen die samen met het serum en de voeding langzaam maar zeker aan het groeien. Een paar dagen zijn verstreken voordat Karen weer voor de reactor staat. Ze kijkt door de glazen wand, opent de deur en neemt een van de petrischaaltjes uit het rek. Snel sluit ze de deur weer en neemt ze het schaaltje mee naar haar werkplek waar een grote microscoop staat. Het deksel van het petrischaaltje wordt verwijderd en met grote voorzichtigheid wordt het schaaltje onder de lens geschoven.

 

De microscoop wordt aangezet, het spierwitte LED-lampje begint de branden. Karen kijkt door de lens en een grijns verschijnt op haar gezicht. Wat ze ziet is wonderlijk: de cellen zijn samengekomen. Ze vormen lange strengen, sommige strengen zijn zelfs al aanelkaar gegroeid. Het proces werkt, de cellen worden spieren. Karen zet de microscoop uit, doet het deksel weer op het petrischaaltje en gaat terug naar de reactor. “Nog drie maanden, Angela, dan zijn we er!”

 

De neutrale blik van Angela verandert in een tevreden glimlach. Nog een poosje en dan is het zover – de eerste kweekvleeshamburger zal het levenslicht zien.

 

Kweekie is geboren

De vloeistof is veranderd in weefsel; drie maanden zijn verstreken en het belangrijke moment is aangebroken. Het is tijd om te kijken of het stroperige proces zijn vruchten af zal werpen. Opnieuw staat Karen voor de reactor en herhaalt het proces dat ze verschillende malen eerder heeft gedaan, hoe staat het ervoor met de samples? Ze kijkt door de microscoop en ziet een enorme hoeveelheid krioelende cellen. Samen vormen ze een massa spierweefsel, bijna niet te onderscheiden van een stuk weefsel dat daadwerkelijk voort zou zijn gekomen uit een koe.

 

De petrischaaltjes worden allemaal in een koelcel gezet, netjes in rekken. Dan gaat de deur van het laboratorium open. Twee mannen in witte labjassen lopen op de koelcel af. Ze dragen een grote tas bij zich. “Zijn we zover, Angela, Karen?” De dames knikken. Karen stapt terug in de koelcel en haalt een van de petrischaaltjes tevoorschijn. Een van de mannen maakt de tas open, het is een koeltas. De ander neemt het petrischaaltje over van Karen en plakt het dicht met twee kleine stukjes tape. Het schaaltje wordt veilig in de tas geplaatst en het geheel wordt dichtgeritst. De heren vertrekken weer, samen met de tas. Buiten wacht een taxi op hen. Ze stappen in de zwarte Mercedes en ze vertrekken, bestemming Schiphol. Die middag vertrekt vlucht KL 1012 richting London Heathrow, de lucht kan haast niet blauwer zijn, in tijden is het niet zo warm geweest als op deze dag. Een perfecte dag, want vandaag zal de wereld Kweekie voor het eerst aanschouwen.

De geboorte van Kweekie

Hoe de eerste kweekvleesburger is ontstaan

​

bottom of page